Welkom op de blog "Geloof en Spiritualiteit".
Neem zeker eens een kijkje in het blogarchief!

Dit is de komende tekst:
- God en mens, ideaal en realiteit (8-9 februari 2025).

15 januari 2022

Het eerste wonder te Kana (15-16 januari 2022)

Jezus en zijn leerlingen zijn uitgenodigd op een bruiloft. Zijn moeder Maria is er ook aanwezig. Een bruiloft is het hoogtepunt van gastvrijheid. Een pasgehuwd paar deelt hun vreugde met wie hen lief is: familie en vrienden. Ze zijn letterlijk “te gast” en worden verwend met het lekkerste eten en meer dan voldoende drank. Er wordt gedanst, het is een feest. Zo gaat het ook in Kana.

Het loopt echter verkeerd. De ceremoniemeester heeft het drankverbruik duidelijk onderschat. Er is geen wijn meer. Het einde van de wijn is het einde van de gastvrijheid. In eigentijds Engels noemen we zoiets een “party-pooper”.

Repliek vertaald

Jezus komt hier in het actief verhaal binnen. Wanneer Maria Hem het probleem meldt, volgt een merkwaardige repliek. Hoe Hij Maria aanspreekt, is in vertalingen heel verscheiden. De oudere vertaling, die in de liturgie wordt gebruikt, luidt: “Vrouw, is dat soms uw zaak?” (Johannes 2, 4).

Dat klinkt bijzonder onbeleefd. De vertaling is misschien toch wat te sterk geïnterpreteerd. Vertalen kan nooit letterlijk, het omvat altijd een begrijpen van de oorspronkelijke tekst. Toch, een betere vertaling zou kunnen zijn: “Vrouw, wat hebben jij en Ik daar mee te maken?”, of “Vrouw, wat betekent dat voor jou en Mij?”. Sommige Engelse vertalingen neigen naar: “Waarom betrek je Mij hierbij?” De Nieuwe Bijbelvertaling houdt het bij: “Vrouw, wat wilt u van Me?” Daar is alvast de dialoog mee vertaald tussen “u” en “Ik”, die in de oudere vertaling ontbrak.

Waarom spreekt Jezus Maria hier aan met “vrouw”? Het past niet bij de sacrale en pure band tussen de Mensenzoon en de Dienstmaagd zoals die verwoord wordt in het advents- en kerstverhaal. Wellicht distantieert Jezus zich van de uitspraak van zijn Moeder. Maria lijkt te veronderstellen dat Jezus het probleem kan oplossen. Daar is een wonder voor nodig. Jezus kan zijn eerste wonderdaad echter niet op bevel van Maria aanvangen. Dat bevel moet van Godswege komen. Jezus zegt hier wellicht: “Moeder, om dit op te lossen, zal de Vader me opdracht moeten geven.” Vanaf dat ogenblik zal Hij zich immers openbaren als de Mensenzoon. Dat zegt Hij daarna ook uitdrukkelijk: “Mijn uur is nog niet gekomen,” het uur van verkondiging, lijden, dood en verrijzenis. Dit alles is aan elkaar gekoppeld.

Eerste wonder

Zijn uur komt echter algauw om wonderen te verrichten. Drie verzen laten geschiedt het eerste wonder, om precies te zijn: ergens tussen verzen 7 en 8. Waarom de plotse verandering dan toch gebeurt, wordt niet verduidelijkt. Maria heeft de situatie blijkbaar wel juist aangevoeld en ingeschat. Het wonder zelf wordt evenmin omschreven. De bedienden vullen grote kruiken met water, zoals Jezus opdraagt (vers 7). Ze scheppen vervolgens, opnieuw in opdracht van Jezus, wat van de vloeistof uit een kruik en brengen het naar de ceremoniemeester (vers 8). Daarna wordt vermeld dat het water al wijn is geworden (vers 9). Dat is het enige wat echt van belang is voor dit verhaal. Het is bij Johannes een bescheiden aanvang in een veel grotere verhaalboog, tot aan het Laatste Avondmaal (Johannes 13). Daar staat de voetwassing centraal, niet de maaltijd: opnieuw een teken van dienstbaarheid en gastvrijheid.

Medemensen

Gastvrijheid staat centraal in de joods-christelijke spiritualiteit. Zonder gastvrijheid ben je nooit een volgeling van Christus. We zijn nooit mens zonder medemens te willen zijn. Ons geloof en ons leven krijgen meer zin en betekenis naarmate we zin en betekenis bijdragen aan anderen. Openheid en empathie zijn ons streefdoel. Deze grondhouding staat ver verwijderd van angst, vooroordeel en egocentrisme. Die laatste zijn heel menselijk van aard en van alle tijden, maar ze zijn al te vaak de oorzaak geweest van discriminatie, geweld en oorlog.

Wie gelooft in Jezus Christus, heeft de opdracht om naar dat geloof te handelen. Wat betekenen wij voor anderen? Hoe staan wij tegenover mensen, gewoonten en tradities die we niet kennen? Ook wij kunnen uit het gebrek in ons denken wijn van gastvrijheid scheppen. Het is een klein wonder dat ieder van ons is gegeven en gegund van Godswege, en dat een bijdrage vormt aan een betere wereld.