Welkom op de blog "Geloof en Spiritualiteit".
Neem zeker eens een kijkje in het blogarchief!

Dit is de komende tekst:
- Drie vormen van Aanwezigheid (26 mei 2024).

23 april 2022

Beloken Pasen: Tomas, de twijfelaar (23-24 april 2022)

Jezus verschijnt na zijn dood aan de leerlingen. Hij wenst hen vrede toe en toont zijn verwondingen. De leerlingen zijn opgetogen. Na het lege graf, krijgen ze een duidelijk teken dat Jezus' dood het einde niet is. Maar Tomas, de arme stakker, is net weg op dat ogenblik. De leerlingen vertellen enthousiast wat er in zijn afwezigheid is gebeurd.

  • Voor de lezingen van Beloken Pasen C: klik hier.

De leerlingen zijn blij wanneer Jezus onder hen verschijnt. Het Griekse woord dat Johannes gebruikt, is verwant met "chaïroo": blij zijn, begenadigd zijn. Ze zijn niet bang, ze denken niet dat ze een spook zien. (Johannes 20, 20). Ze herkennen de Heer meteen en ze aanschouwen zijn verwondingen. Johannes schrijft het als een feitenverslag, maar er zit een rijke gelaagdheid onder deze passage.

Jezus verschijnt onder de leerlingen en zegt: "Ik wens jullie vrede!", tot tweemaal toe (Johannes 20, 20-21) en een week later nog een derde keer (Johannes 20, 26). Die laatste keer is Tomas er wel bij. Jezus verschijnt niet alleen, Hij converseert ook met de leerlingen op twee verschillende momenten. De groep is niet tweemaal dezelfde. Er kan geen sprake zijn van zinsbegoocheling of van groepsneurose.  

De deuren zijn gesloten en toch verschijnt Hij onder hen. Hij overstijgt de aardse werking, Hij is niet langer aards zoals de leerlingen (Johannes 20, 19 en 26). Het feit dat dit gegeven bij beide verschijningen duidelijk vermeld wordt, betekent dat het een belangrijk gegeven is. Toch is Christus niet helemaal ontdaan van menselijkheid: de wonden van de kruisiging draagt Hij nog en Hij is herkenbaar als mens.

Jezus blaast over de leerlingen, Hij zendt de heilige Geest over hen (Johannes 20, 22). Tijdens zijn verschijning, begint Christus iets nieuws. Pinksteren wordt al ingeluid. Het begin van de kerkgemeenschap wordt hier ingeleid. Daarom geeft Jezus ook de zending mee om in Gods naam zonden te vergeven (Johannes 20, 23).

Terug naar Tomas, de leerling die in de geschiedenis wat hardvochtig bestempeld is als "ongelovige". Dat is een oneerlijk stigma. De andere leerlingen hebben het in vergelijking met Tomas gemakkelijk. Zij zien de Heer en ze zien meteen ook zijn wonden. Hen is geen aanleiding tot twijfel of onzekerheid toebedeeld. Ze zien en ze geloven. Tomas moet het als eerste aannemen als getuigenis, zonder er zelf bij te zijn geweest. 

De apostel Tomas is de voorafbeelding van alle christenen die doorheen de geschiedenis het getuigenis van Christus aannemen en geloven op basis van het Woord, tegen de stroom in soms. De leerlingen weten wat ze gezien hebben. Tomas kan niet weten, hij kan enkel geloven. Net als velen na hem twijfelt hij, en wil hij graag iets tastbaars alvorens zo'n mysterie voor waar aan te nemen. Het is een menselijke reflex. Wij zijn zintuiglijk ingesteld: we willen horen, zien, voelen. 

God daagt ons niet uit om te weten, maar om te geloven. Geloven gaat voorbij aan de zintuigen. Wat we waarnemen, beheersen we. God overstijgt de menselijke kennis omdat Hij de mens overstijgt. Hij ontsnapt daarmee ook aan de maakbaarheid door mensen. Er is steeds nabijheid én afstand aanwezig tussen mens en God. Hij is ons tegemoet gekomen door zijn Zoon Jezus op aarde de boodschap te laten openbaren. Dat is een verregaande toegeving, maar naar Gods oordeel is dit noodzakelijk. 

We worden na Jezus' aardse leven opnieuw uitgedaagd om niet te weten en toch aan te nemen. Langs het mysterie van de verrijzenis is er opnieuw drempel. Er wordt een daad van overgave van ons gevraagd. Geloven is geen gesneden koek, netjes op mensenmaat gemaakt. God is ons weliswaar tegemoet gekomen op verschillenden momenten in de geschiedenis. Hij schonk langs Mozes de Wet aan zijn Volk. Hij bracht langs de profeten wijsheid in barre en goddeloze tijden. Langs Jezus is de Vader het dichtst bij ons gekomen, tot aan de ultieme zelfgave van Jezus toe. 

Toch blijft Pasen het mysterie bij uitstek in ons geloof. De verrijzenis is geen evidentie. We bevinden ons op het niveau van de Transcendentie, die ons in al wat we waarnemen, kennen of weten, volledig overstijgt. Tomas aarzelt niet bij de Boodschap van vrede en liefde die Christus ook aan hem verkondigd heeft onderweg naar Jeruzalem. 

Tomas blokkeert op het ultieme sluitstuk van de Boodschap: dat de dood het einde niet is. Ook Petrus en de beminde leerling weten niet wat Jezus bedoelt met zijn verrijzenis (Johannes 19, 9). Bij het lege graf met Pasen blijft nog wat twijfel mogelijk. De volgende zondag, op Beloken Pasen, wordt het "Paasluik" vervolledigd en afgesloten met de verschijning van de Heer. 

Daar twijfelt Tomas. Jezus en zijn Boodschap zijn hem wellicht zo lief, dat hij het niet aandurft om in een eventuele waangedachte mee te gaan. Misschien voelt zich uitgesloten. Waarom mag iedereen de Verrezene ontmoeten en hij als enige niet? Hoe dan ook, de twijfel van Tomas is eigen aan geloven. We zijn allen soms Tomas.

Geloof zonder twijfel klinkt edelmoedig en bewonderenswaardig, maar het is vaak een teken van een vastgeroest en levensvreemd geloof. Geloof en leven stromen dooreen. Je leeft als christen gelovig en je gelooft levendig. Zoals je kennis en ervaring met de jaren toeneemt, zo ook de manier waarop je gelooft. Je Godsbeeld wordt volwassen en blijft mee evolueren. En zo is het goed.

17 april 2022

Pasen: de tweede schepping (17 april 2022)

In het liturgisch jaar reconstrueren we het leven van Jezus in een spanningsboog van één jaar. We gedenken gebeurtenissen afzonderlijk op feestdagen. Zo vieren we vandaag de verrijzenis van Jezus. Vandaag staat dit geloofsthema centraal. Dat neemt niet weg dat Verrijzeniszondag, precies omdat het zo’n belangrijk aspect is in ons geloof, eigenlijk elke dag gevierd kan worden. Maar met Pasen staat de verrijzenis en het teken van het lege graf feestelijk in het middelpunt van de belangstelling. 

We kunnen Pasen niet vieren zonder Goede Vrijdag. Er is geen vreugde zonder leegte en gemis. Dat is zo in het leven, en dat geldt ook voor het Woord van God. Het kruis, het ultieme geloofsteken, staat elke dag opnieuw zowel voor het lijden als voor de verrijzenis. Jezus moest lijden om de dood te kunnen overwinnen. Dat was al zo voorzegd in het Oude Testament, door de profeet Jesaja. (Jesaja 53) 

De Verrijzenis is het begin van een tweede, nieuwe schepping. Dit is een schepping met licht van nieuwe hoop. De leerlingen treffen het graf van Jezus leeg aan. De Mensenzoon schept zoals zijn Vader dat deed: ongrijpbaar, onzichtbaar, en niet als aardse mens.

Pasen is het feest van het Licht. Dat is een sterk en veelzijdig symbool. We merken in de lente dat de dagen stilaan langer worden, en bijgevolg ook warmer. Er komt nieuw leven in de natuur om ons heen. De Schepping komt in bloei. In het allereerste Bijbelboek Genesis, schiep God eerst het licht. Hij zweefde over de donkere chaos, die woest en doods was en sprak: “Er moet licht komen.” Zo verhaalt Genesis het begin van de schepping. Ook in de wetenschap begint onze ontstaansgeschiedenis met het licht na de oerknal. Zonder licht komt niets tot leven, is er geen voedsel, geen groei en bloei, geen scheppingsorde.

Het licht staat in contrast met de duisternis, letterlijk en figuurlijk. De duisternis was er al in de chaos aan het begin. In het Hebreeuws wordt die chaos omschreven als “toohoe waboohoe”. Toohoe betekent “inhoudsloos, leeg, overschot”. “Boohoe” is geen woord, maar een klank, een woordspel. In onze taal zou je kunnen vertalen met: “wirwar”. In die “toohoe waboohoe” heerst duisternis. Dat donker is niet verdreven door God maar wisselt af met licht. Duisternis is niet het tegengestelde van licht, maar de afwezigheid ervan (Terry Pratchett).

De wereld kent duisternis, ook symbolisch. De sterkte van de wereld is immers tegelijk haar zwakte. De wereld is maakbaar, wij kunnen de wereld aanpassen en veranderen: ten goede, maar even goed ten kwade. Onze kennis is soms beperkter dan we beseffen: denk aan de impact die corona heeft gehad op ons leven de jongste jaren.

Er is duisternis in onze wereld waar oorlogsgeweld is, waar terreur heerst, waar genadeloze agressie tot de orde van de dag hoort. Er is duisternis in ons eigen leven wanneer we fouten maken die het licht niet verdragen. Geen mens is perfect. Ook de Kerk kent duisternis: het geschonden vertrouwen heeft veel schade berokkend, schuldig verzuim heeft de geloofwaardigheid van de Boodschap beschadigd.

Er is duisternis, maar wij kunnen ons kompas richten op het licht. Laat ons inzien dat teleurstelling het laatste woord niet heeft. Christus, het Licht van de wereld, is verrezen voor al wie het geloven wil, voor iedere mens: soms gebroken, soms zoekend en aarzelend, soms de weg kwijt.

De leerlingen waren de weg kwijt zonder hun Meester. Zijn dood leek het teleurstellende einde van het verhaal. Aarzelend gingen Petrus en de beminde leerling de grafruimte binnen. Ze geloofden meteen, zonder een zware, theologische uiteenzetting. De verrijzenis hebben ze niet gezien. Ze zagen enkel het lege graf. Geloof kan je niet vastgrijpen. Geloven, is het onzichtbare aannemen en in die schijnbare leegte de volheid ontdekken, en delen met anderen: de kracht van de hoop.

De verrijzenis is een onuitputtelijke bron van hoop. Het is tegelijk ook een opdracht. Wij hebben een actieve taak: langs ons geloof, ons gebed, ons doen en laten. Paasmensen inspireren hun medemensen. Paasmensen weerspiegelen het licht en delen het kwistig met anderen.

16 april 2022

Stille Zaterdag: bidden met lege handen (16 april 2022)

Stille Zaterdag is geen volwaardige dag. Het is een woordeloze leegte tussen Goede Vrijdag en de Paasnacht, die op zaterdagavond al begint. Nadat Jezus in het graf van Josef van Arimatea is gelegd en het graf is verzegeld, komt de spanningsboog in de vier evangeliën tot een rustpunt. In een nieuw hoofdstuk wordt dan het Paasverhaal verteld. 

Heilige stilte

Er zijn twee verwijzingen naar de dag tussen de dood en verrijzenis van Christus. Bij Lucas is een volwaardige afsluitende zin aan de dag besteed: "Op sabbat namen ze de voorgeschreven rust in acht." (Lucas 23, 56b) Bij Marcus wordt inleidend op het Paasverhaal vermeld dat "de sabbat voorbij was..." (Marcus 26, 1a). De sabbat is een heilige dag, een rustdag. God rust op de sabbat, na zes dagen van schepping (Genesis 2, 2-3). Jezus rust na zijn verkondiging en zijn lijden op aarde op de sabbat.

Dat is Stille Zaterdag: een dag van overgang, zonder woorden, zonder inspirerende teksten. Misschien is Stille Zaterdag de contemplatieve hoogdag: de dag van de heilige stilte in meditatie. De dag is op een bijzondere wijze aan God toegewijd. De leerlingen en Maria zijn getuige van het einde van Jezus' aardse leven. Ze dragen zijn Woord mee in hun hart. De verrezen Heer zien ze nog niet onder hen, net zo min als wij. Toch is Jezus niet afwezig: ze zullen weldra merken dat Christus nooit meer weg zal zijn uit hun leven.

Wij bevinden ons op deze heilige Zaterdag tussen de Blijde Boodschap en het geloofsmysterie van de verrijzenis. We hebben verhalen, parabels, getuigenissen die ons kunnen inspireren. Tegelijk ervaren we dat geloof geen weten is. Op het ogenblik dat je iets weet en kent als feit, vergt het geen geloofsbeslissing meer. God is in Persoon niet tastbaar of zichtbaar aanwezig. Het dichtst zijn we bij Hem in de eucharistie. Stille Zaterdag is - net als Goede Vrijdag - een dag zonder eucharistie, tot de avond. 

Stille Zaterdag is het kruispunt tussen de horizontale dimensie van de aardse verkondiging en de verticale dimensie van Pasen, Hemelvaart en Pinksteren in het christelijk geloof. Wanneer die twee assen in evenwicht zijn in ons persoonlijk geloof - de as van de aardse Jezus en zijn Boodschap die we kunnen lezen en overdenken; en de as van God die Drievuldig is en ons steeds weer ontglipt - dan is het een levend, dynamisch, harmonieus geloof. 

Godsdienst is misschien niet zo mens-eigen als soms wordt beweerd. Een vaag gevoel "dat er misschien iets meer is", dat zit wellicht in onze menselijke code vervat. Maar zich openstellen en toevertrouwen aan een concrete maar tegelijk ongrijpbare God, is een heuse opdracht. In onze digitale tijden, met een constante prikkeling met allerhande Ersatz-middelen, van wegwerpbare hebbedingetjes tot voorbijgaande artiesten, wordt de eigenlijke spirituele nood omgeleid. Die ligt verborgen onder een hoop spullen, droombeelden en bezigheden. Dat is trouwens van alle tijden, telkens in een andere vorm. Er is niet veel nodig om te vervreemden van God. Vaak gebeurt het gaandeweg, ongemerkt.

Ontvankelijkheid

In de contemplatie richten we ons vanuit de wereld van woorden en gedachten naar het niveau van het onzichtbare en ontastbare. Contemplatie betekent dat je uit je vertrouwde omgeving wordt weggenomen. Dit is geen eigen verdienste, toch niet volledig. Het is je geloof verheffen tot een mystieke dimensie en van harte ontvankelijk zijn voor de genade, of eenvoudiger uitgedrukt: je in stilte volledig openstellen voor God. Contemplatie is bidden met lege handen en een open hart: zonder teksten, woorden of gedachten.  

Dit is een belangrijk onderdeel in de dialoog die het gebed hoort te zijn. Wij loven God, danken Hem, vragen en smeken, maar luisteren we ook? Luisteren we met ons hart naar wat God ons wil vertellen? Belangrijk daarbij is de bewustwording dat we zelf de stilte niet opvullen met gedachten, maar dat we werkelijk openstaan voor de Gans Andere.

Meditatie en contemplatie worden soms tegelijk gebruikt, maar soms wordt er ook een onderscheid gemaakt. Meditatie is dan meer gericht op een woord, een gevoel, een thematiek, waar men in contemplatie de leegte en de stilte volledig in durft te gaan. 

Groei in kwetsbaarheid

Contemplatie vergt oefening en geduld, maar is - mits volharding - een onbeschrijfbare meerwaarde voor je geloof en je bestaan. De drempel die je over moet, is je kwetsbaar op te durven stellen in je geloof, in de wetenschap dat je verbonden bent met God, Hij die je kent en doorgrondt (Psalm 139, 1b-2), en het inzicht dat je met veel andere christenen over de hele wereld in deze diepe spiritualiteit stapt.

Sta me toe deze aansporing mee te geven, op deze heilige dag. Laat Stille Zaterdag niet onopgemerkt aan je voorbijgaan. Geloven is een werkwoord, je geloof hoort je leven lang te groeien en met je mee te evolueren. Grijp de kans om ontvankelijk te zijn voor Gods genade in de stilte: niet één keer per jaar, maar op geregelde basis. Bid, maar waak ook. Waak bij het Woord, waak in de stilte, waak bij de Ongrijpbare, niet met zelfvervulling voor ogen, maar geloofsverdieping. Stille Zaterdag kan een begin of doorgroei zijn van een contemplatieve dimensie in je geloof. 

14 april 2022

Goede Vrijdag: kruis van leegte en vervulling (15 april 2022)

kruis van waken 

kruis van slapen

kruis van drie keer 

laf verloochend


kruis van spot en

kruis van schelden

kruis van leedvermaak

van hufters


kruis van vallen

kruis van opstaan

kruis van lijden

en van sterven


kruis van toen en

kruis van nu nog

kruis van niemand

die iets bijleert


kruis van onrecht

kruis van wanhoop

kruis van tegenslag

en armoe


kruis van oorlog

kruis van wapens

kruis van doden

en gewonden


kruis van macht en

kruis van misbruik

kruis van zwijgen

en ontkennen


kruis van hebzucht

kruis van pronkzucht

kruis van bodemloos

narcisme


kruis van Gods Lam 

kruis van Jezus

kruis van sterven

om ons falen


kruis van offer

kruis voorspeld al

kruis van leegte

en vervulling


kruis van hoop en

kruis van bidden

kruis van stilte

en verrijzen

13 april 2022

Witte Donderdag: Alles is ineens veranderd (14 april 2022)

Geen uren meer in gesprek,

luisterend in bewondering,

voorbij is de weg vol ontmoetingen

onderweg van dorp naar stad.


Hier eindigt de weg van verkondiging,

de bestemming was Jeruzalem.

Alles is ineens veranderd:

vergankelijk en aards geworden.


Veel maaltijden hebben we genoten,

lange avonden in gesprek.

Deze maaltijd is zo anders,

alles heeft een betekenis.


Een beklemmend, zwaar gevoel

hangt dreigend om ons heen.

Geen idee wat er komen zal,

maar er staat iets te gebeuren.


Weg is de eensgezindheid nu,

verdwenen het vrijblijvende.

Wat leek op een wonderlijke droom,

is nu angstwekkende ernst. 


We blijven hopen, blijven geloven,

Jezus zal ons verder leiden.

We blijven trouw, wat er ook komt.

Waarom spreekt Hij over lijden?

10 april 2022

Palmzondag: heel even een idool (9-10 april 2022)

Heel even is Jezus een idool. Bij zijn intocht in Jeruzalem, gezeten op een ezel, wuift men met palmtakken en juicht men Hem in vreugde en bewondering toe. Het is wellicht de enige keer dat Jezus toelaat dat men Hem bejubelt. Waarom nu wel?

Doorgaans is Jezus heel beducht op lovende reacties. De Mensenzoon wenst met geloof begroet te worden, niet met gedweep. Jezus is in alle soberheid op aarde gekomen en ambieert geen luxueus leven, geen paleis, geen rijkdom of blinkend goud. Het gaat om het Verbond met God: dat staat centraal. De Redder van de wereld wil geen aardse macht opbouwen, Hij wil enkel dat mensen zich van harte bekeren. Jezus wil van de mensen passend ontzag voor zijn Vader in de hemel, en verzet zich tegen een godsdienst gebouwd op religieuze regels door mensen bedacht, met religieuze leiders, door mensen vereerd.

Opmerkelijke keuze

Toch kiest Jezus er voor om nabij Betanië een plechtige intrede te doen. Het is echter geen majestatische intrede met veel luister. De intocht opent de Goede Week in de liturgie. Dat is geen toeval. Jezus maakt kenbaar aan de mensen dat een belangrijke gebeurtenis op handen is. Er volgt geen kroning tot aardse koning, wel de doornenkroning en een veroordeling. Dit is wat weldra gebeuren zal: het Nieuw Verbond zal bezegeld worden met de verrijzenis na zijn dood. Een nieuw begin, een nieuwe tijd breekt aan. Palmzondag luidt de uitrol naar het Paasmysterie in.

Jezus doet zijn intrede zonder veel trompetgeschal of duur vertoon. Ook nu, in deze opmerkelijke omstandigheden, blijft Jezus trouw aan zijn sobere levensstijl. Hij is op een ezel gezeten, een gewoon werkdier, en zo steekt Hij amper boven de mensen uit. De Romeinen hebben geen idee waar het om gaat, maar de Farizeeën wel: Jezus stelt een sacraal teken. Jezus bevestigt de voorspelling van de profeet Zacharias (Zacharias 9, 9): de Koning zal komen in de naam van de Heer, gezeten op een ezel. Hem komt de lof toe, want Hij zal het volk verlossen (Zacharias 9, 16). Dat is ook precies wat er gebeurt.  

Vervulling

Omwille van de vervulling van die voorspelling, laat Jezus zich door de mensen vol vreugde toeroepen: "Gezegend Hij die komt als koning, in de naam van de Heer!" (Lucas 19, 38) De Farizeeën zijn woedend, want hun grootste vrees komt uit: het volk bevestigt Jezus als Verlosser, in groten getale volgen. De spanning neemt toe, Goede Vrijdag nadert.

Hosanna

Echter, de idolen van vandaag zijn morgen misschien al vergeten. Dat is altijd al zo. Daarom heeft Jezus zich tijdens zijn optreden op weg naar Jeruzalem ook nooit ingelaten met wereldse populariteit en aandacht. Idolatrie is vergankelijk en wispelturig. Vandaag roepen ze nog: "Hosanna in de hemel!" (Matteüs 21, 9), morgen schreeuwen ze: "Weg met Hem!" (Lucas 22, 18) De Schrift moet vervuld worden, dus dit moet gebeuren.

De tijd is rijp, de profetie komt tot vervulling: als de leerlingen en de mensen hun Messias en Koning niet mogen toejuichen, dan zullen zelfs de stenen het doen (Lucas 19, 40): "Hosanna in de hoogste hemel!" Daarom mogen ook wij Hem toejuichen, goed wetend wat er volgt...

Tip: lees ook de bijdrage voor Palmzondag van vorig jaar: klik hier.

02 april 2022

De eerste steen is niet geworpen (2-3 april 2022)

Jezus verkondigt de Wet van Liefde. Dat is niet naar de zin van de Schriftgeleerden en farizeeën. Het is wellicht ook niet altijd naar onze zin. Wie een fout begaat, moet de gevolgen dragen. Hoe strenger men straft, zo wordt soms gedacht, hoe meer je God eer aan doet en hoe meer indruk dat maakt op andere potentiële zondaars. Ook in onze huidige maatschappij leeft dit ideaal: misdaad hard bestraffen als voorbeeld voor anderen. Maar Jezus verkondigt vergiffenis en mildheid. Waar slaat dat op?

Schande als instrument

Wat opvalt in de aanzet van het verhaal, is dat het de Schriftgeleerden en farizeeën helemaal niet te doen is om de zonde, maar om het overspel van de vrouw aan te wenden om Jezus ergens van te kunnen beschuldigen, godslastering bijvoorbeeld. (Johannes 8, 3-6) 

Het overspel van de vrouw is eigenlijk maar bijkomstig. Ze willen Jezus vooral aanklagen en dan de vrouw stenigen als Jezus het toelaat. Hierin schuilt een valstrik die eigen is aan elke religieuze overtuiging: het zich toeëigenen van de geopenbaarde boodschap. Plots komt het gezag niet meer van God die zich openbaart, maar van mensen die schaamteloos voor hun beurt gaan spreken, in Gods plaats. Niet het overspel van de vrouw, maar de hovaardigheid van de Schriftgeleerden en farizeeën is de werkelijke godslastering in dit verhaal. Jezus is streng voor wie zelf streng is voor anderen. Hij gebruikt bij mensen dezelfde maat waarmee zij anderen de maat nemen. (Matteüs 7, 1-2)

De farizeeën en Schriftgeleerden hebben spiritualiteit verengd tot een veroordelend wetsinstrument, tot een systeem van uiterlijkheden. Het is een heel menselijk fenomeen, dat ook vandaag in het christendom vaak optreedt. Men aanbidt als het ware een schaap met vijf poten: een ideaal dat niet eens meer overeenstemt met de kern van de boodschap. Enkele verzen worden belangrijker dan alle andere. Het is een overdreven godsvrucht, goedbedoeld weliswaar, maar daarom niet minder overdreven. 

Authentiek

Ze willen Jezus voor schut zetten, zijn visie op de proef stellen, en met wat geluk voldoende bewijsmateriaal verzamelen om Hem aan te klagen. Wat ze bereiken, hadden ze niet kunnen voorspellen. Ze worden op pijnlijke wijze heel persoonlijk op hun grootheidswaanzin gewezen. Wie van hen is zonder zonde? Wie zijn zij om anderen schaamteloos te veroordelen? Wat verderop in het hoofdstuk zet Hij deze visie kracht bij: "Jullie oordelen volgens menselijke maatstaven." (Johannes 8, 15a) De woede wordt verder gevoed: Goede Vrijdag is opnieuw wat genaderd.

De eigenlijke bedoeling van Jezus is niet om hen belachelijk te maken. Dat hebben ze aan zichzelf te danken. Jezus legt de klemtoon in het dispuut op wat echt van belang is: authenticiteit. We kunnen enkel spreken over zonde en schuld als we voor onszelf een zondebesef hanteren en als we er een betrokken en genuanceerde visie op zonde en vergeving op na houden. Ons kompas dient correct afgesteld te zijn: het moet te allen tijde gericht zijn op God, en voordat we uitspraken doen over anderen, moeten we eerst onze eigen positie ontwaren.

Hij oordeelt niet

Een merkwaardig detail in de afloop van het verhaal: Jezus oordeelt niét over de overspelige vrouw. In vers 15, waarvan het eerste deel al even is aangehaald, bevestigt Jezus het belang van niet te oordelen: "Ik oordeel over niemand." (Johannes 8, 15b) Jezus is namelijk de enige van alle aanwezigen die wél kan oordelen: Hij is immers zonder zonde, in tegenstelling tot de Schriftgeleerden en farizeeën. Volledig vrij in keuze, gaat Hij staan in de barmhartigheid van zijn Vader in de hemel. "Zondig niet meer," geeft Hij de vrouw als goede raad mee. (Johannes 8, 11)

Jezus maakt ons duidelijk dat we niet klaar moeten staan om anderen de les te spellen met de wijsvinger in de lucht. Laten we vooral zorgen dat we zelf bij de les blijven. Niet door anderen te veroordelen, maken we indruk, maar door het goede voor te leven. Dat is een positief getuigenis, maar misschien wat minder populair en zelfbevestigend. Het getuigt echter op de meest overtuigende wijze van Gods Liefde.