Op een ezelsveulen
treedt Jezus
Jeruzalem binnen,
onder gejuich.
Hosanna:
wuivende palmtakken,
een Koning waardig.
Hosanna!
Gezegend is Hij die komt
in de Naam van de Heer,
gezegend, het komend Rijk
in de Naam van de Heer!
Hosanna en tois hupsistois!
Hosanna in de hoge!
Hosanna in excelsis!
Hosjianah, kom ons redden!
Het volk dat vereert,
is het volk dat veracht.
Roem en glorie
zijn kort van duur.
Hosanna:
koning voor één dag,
straks roept men om uw dood.
Hosanna!
Gezegend is Hij die komt
in de Naam van de Heer,
gezegend, het komend Rijk
in de Naam van de Heer!
Hosanna en tois hupsistois!
Hosanna in de hoge!
Hosanna in excelsis!
Hosjianah, kom ons redden!
"Hosjianah" is de vreugdekreet die tijdens de intocht van Jezus werd geroepen. De uitroep is gebaseerd op Psalm 118 en betekent letterlijk: “red ons nu”, “kom ons nu bevrijden”.
"Hosanna en tois hupsistois" werd er geroepen, maar dan wellicht in het Aramees. De Griekse vertaling ervan staat in de evangelieteksten vermeld. Het is moeilijk te vertalen: "Hosanna in de(n) hoge", "hosanna in de hemel".
- Voor de lezingen van Palmzondag in het B-jaar: klik hier.