“Vraag en je zult krijgen.” Het is een slogan die voor misverstanden zorgt. De vertaling is immers wat eenzijdig. Jezus heeft ons wel degelijk gezegd dat we alles in gebed aan God mogen vragen. Het is echter iets complexer dan: wat je vraagt, dat zal je ook krijgen. Ziehier het evangelie van donderdag in de eerste week van de Veertigdagentijd: Matteüs 7, 7-12.
- Voor de lezingen van donderdag 25 februari 2021: klik hier.
Verzen 7 en 8 lijken heel sterk op elkaar.
Vers 8 herhaalt vers 7, maar plaatst het in een perspectief, een heel ruim
perspectief: wat vers 7 verwoordt, dat geldt voor iedereen, voor alle mensen.
Het christelijk geloof is geen besloten clubverband.
Drie belangrijke vormen van gebed worden
opgesomd en daarna bijna letterlijk herhaald. Het is dus belangrijk. Het is
tegelijk één van die passages waar mensen hun geloof aan kunnen verliezen. Ze
hebben de inhoud verkeerd begrepen. Jezus’ boodschap is verkeerd overgekomen.
Het werd te eenvoudig geïnterpreteerd. Even van naderbij bekijken dus.
Dit is een passage waar mensen hun geloof aan kunnen verliezen.
“Vraag en er zal je gegeven worden,” zegt
Jezus sloganesk. Let op, er staat niet: wat je vraagt, dat zal je ook heel
precies ontvangen. Je vraagt God om een gunst in je gebed, je bestelt geen
levering online. Jezus verruimt het publiek: “Ieder die vraagt, ontvangt.”
Maar hij ontvangt niet noodzakelijk wat hij of zij vraagt. Men ontvangt wat men
nodig heeft in het vraaggebed.
Ook de tweede vorm van gebed ligt in die
lijn. “Zoek en je zal vinden.” Het is een gebed om inzicht. Heel je leven is een zoektocht, zeker op
spiritueel vlak. Je vindt niet altijd wat je zoekt. Vaak vind je onverwacht
veel meer dan je oorspronkelijk zocht of is wat je vindt compleet anders. In
gesprek met God kan je op zoek gaan naar zin en betekenis, naar liefde en
rechtvaardigheid. Wat God je laat vinden, had je niet kunnen verwoorden in je “zoekopdracht”.
De derde vorm van gebed luidt: “Klop en er
zal worden opengedaan.” Wanneer wij door onze schuld van God zijn weggegaan,
kunnen wij in gebed tot inkeer komen. Te allen tijde mogen wij terugkomen naar
het huis van de Vader. Hij zal de deur voor ons openen. De derde gebedsvorm is een gebed om vergeving.
Waarom doet Jezus deze uitspraken eigenlijk?
Welnu, in het vorig evangeliehoofdstuk heeft Jezus ons geduid wat belangrijk is
in het gelovig leven. We worden opgedragen om ons in te zetten voor
liefdadigheid, om gul te zijn met aalmoezen zonder het overal rond te bazuinen
(Matteüs 6, 1-4). We worden aangespoord om tot God te bidden en daar geen
vertoning van te maken (Matteüs 6, 5-15). Tenslotte vertelt Jezus ons ook hoe
we moeten vasten: geestelijk, inwendig en oprecht (Matteüs 6, 16-18). Jezus
ergert zich aan de farizeeën, die met veel bombarie zeggen wat moet en wat niet
mag. Christen zijn, gaat niet over holle uiterlijkheden. Daarom wil Jezus ook
dat we zuinig zijn met oordelen over anderen (Matteüs 7, 1-6). Naar de maat
waarmee we anderen oordelen, zullen we ook zelf worden geoordeeld.
We hoeven ons volgens Jezus niet te schamen en mogen in gebed vragen om zijn genade.
Jezus wil dat we op een eerlijke en oprechte
manier geloven, dat we een liefdevolle band ontwikkelen met God. Onze Vader in
de hemel is ons immers genegen. Hij is ons welwillend en gunt ons hoop, liefde
en geluk. We hoeven ons niet te schamen en mogen in gebed vragen om zijn
genade.
Jezus zegt duidelijk: vraag het aan God.
Met andere woorden: richt je niet op surrogaat-goden of afgoden. Zoek je geluk niet in
rijkdom of aanzien, loop geen kwakzalvers achterna, identificeer je niet met
idolen en aandachtzoekers. Het gaat eigenlijk over een spanningsveld van alle
tijden. Jongeren kijken vol bewondering op naar een rapper met veel goud en wat
jongerentaal. Maar wat doet die rapper voor hen? Geeft hij om hen? Op
videokanalen halen vloggers duizenden volgers, vaak door opvallende uitspraken
van bedenkelijke inhoud. Mensen kopen tassen vol dure spullen om hun honger
naar zin en betekenis zijdelings te stillen. Ze kijken naar filmhelden met
superkrachten om hun eigen machteloosheid even te vergeten. De spirituele honger wordt
niet gestild door een spreekwoordelijke vlugge vervanghap op te schrokken. Algauw is de honger er terug. Soms went de honger zelfs, vervaagt ze en komt dat knagend leeg
gevoel alleen de kop op steken bij een grote tegenslag.
Je ontvangt niet noodzakelijk dat wat je gevraagd hebt.
Soms vragen mensen iets heel concreets en
krijgen ze niet wat ze vragen. De teleurstelling kan immens zijn. Wanneer iemand
vraagt om te genezen en hij of zij wordt niet beter, bijvoorbeeld. We lopen
tegen de grenzen van het vragen aan. Zoals daarnet al gezegd, ontvang je niet
noodzakelijk dat wat je gevraagd hebt. God is geen uitvergrote drankautomaat bij wie je op
een knop drukt en ontvangt wat je vraagt. God is ook geen hemelse Magiër. Hij
is onze Schepper, en Hij heeft zijn schepping de vrijheid geschonken: de
vrijheid om keuzes te maken, om te geloven of niet, om het goede of het
verkeerde te doen. God grijpt dus niet in met een magistrale hand vanuit de
wolken om aan te passen of beter te maken wat we vragen. God laat je niet
winnen in een loterij als je daarom vraagt. God legt geen boterham in je bord.
God geeft ons zoals een Goddelijke Ouder.Wat geeft God dan wel? Wat bepaalt zijn gave? Het antwoordt bevindt zich enkele verzen verder. God geeft ons zoals een ouder aan een kind, maar dan een Goddelijke Ouder, zonder fouten of gebreken. Hij weet wat we in essentie nodig hebben wanneer we Hem biddend vragen om hulp. Hij weet beter dan wij wat ons kan helpen. Hij is niet onze gelijke, Hij is geen onderhandelingspartner. Dat is ook belangrijk. Hoe nabij God ook wil zijn, Hij overstijgt ons tegelijk.
De kernboodschap is: bid tot je Vader in de
hemel, spreek met Hem. Vraag om kracht, om wijsheid, om troost, om hulp. Hij is
er voor jou. Gewoon omdat jij het bent.
Volgende post: zondag 28 februari. Thema: "Gedaanteverandering", bij het evangelie van de zondag.