Marta, Marta…
Ze is zo zenuwachtig en opgejaagd. Er zijn veel mensen te gast, ze heeft haar handen meer dan vol. Haar zus Maria zit rustig te luisteren bij Jezus. Dat kan zo
toch niet?
- Voor de lezingen van deze zondag: klik hier.
Wees niet zo zenuwachtig
Marta wordt
helemaal in beslag genomen door de zorg voor haar gasten. (Lucas 10, 40a) Dat
Jezus op bezoek komt, is uiteraard een hele eer. Haastig en vlijtig tracht ze te zorgen dat al haar gasten het goed hebben, zodat ze zich welkom voelen, thuis voelen: heel
edelmoedig. Wellicht is ze een tikje nerveus. Marta vindt het belangrijk dat
iedereen voldoende te eten en te drinken heeft. Een beetje hulp van Maria zou
daarom niet misstaan, vindt ze. Ze komt bij Jezus en zegt: “Heer, kan het u
niet schelen dat mijn zus mij al het werk alleen laat doen?” (Lucas 10, 40b) Het
Griekse woord “melei” betekent zoveel als: “zorgwekkend”. Marta verraadt
daarmee dat ze het zelf alvast wel zorgwekkend vindt.
“Zeg daarom tegen
haar dat ze mij moet helpen.” (Lucas 10, 40c) Marta geeft Jezus als volgeling een
directief. Dat is een unicum in de Schrift. Marta spreekt niet Maria, maar
Jezus aan, omdat ze zeker is van haar stuk. Jezus heeft voldoende gezag. Hij
zal het wel met haar eens zijn dat Maria de gastvrijheid voorop moet stellen.
Gastvrijheid is immers belangrijk, ook voor Jezus. Toch?
Alles behalve de essentie
Maar Jezus
antwoordt heel sereen: “Marta, Marta, je bent zo bezorgd en je maakt je veel te
druk.” (Lucas 10, 41) De tweevoudige aanspreking is teder en liefdevol, zoals: “Simon,
Simon” (Lucas 22, 31) en “Saulus, Saulus” (Handelingen 9, 4) Jezus reageert
niet kwaad, geërgerd of verontwaardigd, maar begripvol en met medelijden. Het
werk dat Marta zo ijverig verricht, is niet slecht of verkeerd, maar met de
beste bedoelingen maakt ze een verkeerde keuze. “Marta toch, hoe kan je toch zo
nààst de kwestie denken?”
Ze maakt zich
zo onnodig “bezorgd”. Denken we hierbij aan Jezus’ instructies bij Matteüs in
de bergrede: “Maak je geen zorgen over jezelf, of over wat je zal eten of
drinken, noch over je lichaam en over wat je zal aantrekken.” (Matteüs 6, 25a) Marta
maakt zich zorgen “over van alles”, in het Grieks: “peri polla”. Jezus doelt daarmee
op de vele dingen die er uiteindelijk niet toe doen. Ze maakt zich zenuwachtig over
bijkomstigheden en vergeet daarbij Jezus zelf. Ze wil een goede gastvrouw zijn,
maar luistert niet naar de woorden van haar belangrijkste Gast. Is ze dan wel een goede gastvrouw? Er zit zelfs een emancipatorische bijklank in Jezus' woorden. Marta hoeft geen nederige werkster te zijn. Ze is als vrouw even waardig om de blijde Boodschap te beluisteren.
De juiste keuze
“Er is maar
één ding belangrijk. Maria heeft het beste deel gekozen en dat zal haar niet
worden ontnomen.” (Lucas 10, 42) Weinig
dingen zijn essentieel. Maria heeft de goede keuze gemaakt. Als er een banket
aan keuzes is, dan heeft zij “de juiste portie” gekozen, “tèn agatèn merida”.
Er bieden zich meerdere keuzes aan. Welnu, de juiste keuze maken, dat is kiezen voor
Christus.
Wat Marta
doet, is weliswaar belangrijk en betekenisvol, maar niet de essentie. Haar nerveuze beslommeringen vormen immers een afleiding van Jezus’ boodschap, het blokkeert haar, waardoor ze niet kan luisteren. Zullen de gasten
iets levensnoodzakelijks ontberen in die tijd dat ze naar de Heer aan luisteren zijn? Hier worden
materieel en spiritueel tegen elkaar afgewogen. Het materiële is dan in Jezus’
optiek altijd en zonder uitzondering bijkomstig. De tempel, het stenen huis van God dat niet eens voltooid is ten tijde van Jezus, zal niet lang overeind blijven. (Matteüs 24, 2) Wie Hem wil volgen mag zich niet hechten aan geld en bezit. (Marcus 10, 21)
Druk-druk-druk
Maria heeft
wel de juiste keuze gemaakt. Dat zal haar niet ontnomen worden: het spirituele
is immers eeuwig, het materiele slechts tijdelijk. Ook in onze dagdagelijke
besluiten in deze interpretatiesleutel belangrijk. Onze materiële behoeften
zullen zichzelf altijd opdringen: honger, dorst, slaap, kortom: iets nodig
hebben. Daarom zijn we met z’n allen ook zo zenuwachtig, zo druk-druk-druk. De spirituele
behoefte heeft meer actieve aandacht van ons nodig.
Dit doet me
denken aan een gekend gedicht van de 16e eeuwse mystica Teresa van
Avila, dat ik graag nog als coda meegeef:
“Laat niets je
verontrusten, laat niet je bang maken,
alles gaat
voorbij, God laat zich niet verplaatsen.
Met geduldige
volharding kom je er wel;
wie God heeft,
komt niets tekort.
God alleen
volstaat.”
Nada te turbe, nada te espante,
todo se pasa, Dios no se muda,
la paciencia todo lo alcanza;
quien a Dios tiene nada le falta:
sólo Dios basta.