Welkom op de blog "Geloof en Spiritualiteit".
Neem zeker eens een kijkje in het blogarchief!

Dit is de komende tekst:
- Iedereen gelijk in Christus (21-22 juni 2025).

19 februari 2025

De lat ligt hoog (22-23 februari 2025)

Van de bergrede weten we vooral dat Jezus er zijn welbekende zaligspreking declameert. Daarna volgt echter ook een korte reeks van vier duidelijke aanklachten. Ze beginnen met “wee jullie”. Jezus wil de ingedommelde zelfgenoegzame mensen wakker schudden. Zelfgenoegzaamheid levert geen VIP-vrijkaartje op voor het Rijk Gods. Integendeel: Jezus legt de lat hoog voor elk van ons. 

Wee 

Jezus waarschuwt de mensen. Hij geeft ze hoegenaamd geen aanzet tot zelfbeklag, maar juist tot daden. Wees op je hoede: leef aandachtig, alert en verstandig! Sta jezelf niet toe weg te dromen in het gemak van alledag. Hij richt zich vooral tot zij die rijk zijn, verzadigd van eten en drinken, vrolijk leven en geëerd worden. (Lucas 6, 24-26) Wie alles voor mekaar heeft, die heeft geen enkele aanleiding om rustig achterover te leunen. Leef Godsbewust, zo zegt Jezus.

Wie op zoek is naar zelfbevestiging, heeft alle reden om zich zorgen te maken. De rijke stinkerd die op de rug van anderen nog rijker wil worden; de mensen kijken naar hem op in de hoop zelf welstellender te worden. Maar daar is Gods Boodschap niet te vinden. De grote leider die ten koste van mensenlevens nog machtiger wil worden; hij wordt gehoorzaamd uit vrees om zelf in de hoek te belanden waar de slagen vallen. Ook daartegen klinkt Jezus’ waarschuwing luid. Het evangelie is niet zo vrijblijvend en boetseerbaar als in de praktijk wordt gedaan.

Negatieve cirkel

Jezus’ waarschuwing geldt niet alleen voor een paar enkelingen. Iedereen krijgt de opdracht om de negativiteit te overstijgen en niet in haat en wraak te blijven staan. De agressieve cirkel van aanval en verdediging wordt doorbroken, en dat is een hele uitdaging. Het staat haaks op sloganesk, instinctief denken en handelen. Je vijanden moet je liefhebben. Wie jou vervloekt moet jij zegenen. Voor wie jou slecht behandelt, moet jij bidden. (Lucas 6, 27-28) Slaat iemand je op de wang, bied dan de andere wang aan. (Lucas 6, 29) 

Deze erg krachtige aanwijzingen kunnen zwak of laf aanvoelen. Ze zijn mogelijks levensbedreigend, zal een bezorgde lezer opmerken: wie zich niet verweert, die kan zomaar verslagen worden. Echter: een conflict dat escaleert, is uiteindelijk even gevaarlijk. We stellen vast op het wereldtoneel hoe de haat nog meer haat opwekt en hoe polemiek juist door polemiek wordt gevoed en versterkt. De reactie bevestigt de actie! Een klimaat van haat en agressie wordt enkel extremer door de negativiteit te omarmen en toe te eigenen. 

Dit is het maatschappelijk equivalent van de derde wet van Newton: “Als een voorwerp A een kracht op een voorwerp B uitoefent, dan gaat deze kracht gepaard met een even grote maar tegengesteld gerichte kracht van het voorwerp B op voorwerp A.” Hardheid ontmoet hardheid. Leugen broedt op leugen. Onze God is echter geen God van haat en van tweedracht. Jezus poneert de Wet van de Liefdevolle wederkerigheid: “Behandel anderen zoals je wil dat ze jou behandelen” (Lucas 6, 31)

De lat hoger

Laat ons bijzonder zuinig zijn met het steken van pluimen op onze eigen hoed. Jezus waarschuwt alle mensen die steeds op zoek zijn naar bevestiging. Liefde met liefde beantwoorden, dat is immers heel gemakkelijk. Dat kan iedereen. De lat mag gerust een stuk hoger gelegd worden. (Lucas 6, 32) Goede daden met goede daden beantwoorden, is geen verdienste. (Lucas 6, 33) En iemand met geld uit de nood helpen en het allemaal terugverwachten: is dat een verdienste? (Lucas 6, 34) Dat doet zelfs de pandjesbaas!

Jezus is nu goed op dreef. Hij komt bij de essentie van zijn betoog: heb je vijanden lief, zegt Hij nogmaals, en leen geld uit en verwacht het niet terug. (Lucas 6, 35ab) De beloning zal komen van de Allerhoogste. (Lucas 6, 35c) Onze rede en ons verstand reageren hier prompt op: “Kan je niet té braaf en té goed zijn?”. Vreemd genoeg is het antwoord hierop bijzonder kort: neen. Jezus vertrekt vanuit de fundamentele visie dat we barmhartig moeten zijn zoals de Vader barmhartig is. (Lucas 6, 36) We horen dit terug in psalm 103: “Liefdevol en genadig is de Heer, Hij blijft geduldig en groot is zijn trouw.” (Psalm 103, 8) Zo hoog ligt de lat: streven naar Gods gulheid.

Mild

Aansluitend krijgen we een belangrijke les in mildheid. Wij, mensen, hebben vlug de neiging om ons tekortgedaan te voelen. We denken heel vlug dat anderen zich niet zoveel moeten inspannen als wij. Dat voelt dan algauw oneerlijk aan en dan gaan we met argusogen kijken of anderen wel even hard hun best moeten doen als wijzelf. We oordelen vlug over andere mensen. Te vlug. Dit is van alle tijden. De farizeeën hadden het tot een kunst verheven en die kunst bestaat tot op vandaag onder nieuwe vormen. Jezus zou het vast niet eens zijn met ‘verheffen’ als werkwoordkeuze: Hij vindt het een beschamend dieptepunt van hypocriete en inhoudsloze bemoeizucht. 

“Oordeel niet, dan zal er niet over jou geoordeeld worden”, klinkt er klaar en duidelijk. En ter aanvulling en bevestiging: “Veroordeel niet, dan zal je niet veroordeeld worden.” (Lucas 6, 37ab) Deze citaten van Jezus staan niet hoog in de top 100 van populaire christelijke werpverzen’. Dat zijn verzen waar je mee kan gooien in een discussie. Vaak doet deze actie weinig eer aan de Boodschap zelf, vanwege de eenzijdigheid in keuze. Merkwaardig toch? We lezen anderen graag de les

Naast bescheidenheid in oordeel, wordt bovendien van Jezus een immense gulheid verwacht als het over het bieden van nieuwe kansen gaat: “Vergeef, dan zal je vergeven worden.” (Lucas 6, 37c) Wat je een ander geeft of misgunt, dat bepaalt wat jij van God ontvangt. Niet je drift om te oordelen.

En ik?

Als we zelf geven, dan zal er aan ons gegeven worden, concludeert Jezus. Het is een positieve versie van Newtons derde wet. De maat die we zelf voor anderen gebruiken, die zal ook voor ons worden gebruikt. (Lucas 6, 38) Ook hier kunnen we Psalm 103 horen klinken: “Hij straft ons niet naar onze zonden, Hij vergeldt ons niet naar onze schuld.” (Psalm 103, 10) God is gul en vrijgevig. Wij krijgen de opdracht om even vrijgevig te zijn naar onze medemensen toe. Dat is niet onlogisch: hoe kan je van God vragen wat je zelf niet eens een ander gunt? Gelukkig hebben we een leven lang om ons hierin te oefenen en te verbeteren… 

Overigens, we worden niet geroepen tot het verzamelen van goede punten. Jezus heeft niets met aflaten. We tonen in onze woorden en daden de Liefde van God en realiseren een begin van het Rijk Gods hier op aarde. Gods Liefde op aarde zichtbaar en tastbaar maken, is één van de grootste en meest inspirerende verwezenlijkingen van ons geloof. Zodoende kunnen we aan onze medemensen een krachtig getuigenis geven van Gods Boodschap. Dààr gaat het over, hier op aarde. In de vier evangelies wordt Koninkrijk (van God) (in het Grieks:basileia (tou tèjou)’ ) 162 keer vernoemd. Waarheid (in het Grieks:alèthèja’ daarentegen wordt 110 keer vernoemd in het hele Tweede (Nieuwe) Testament. Gods Boodschap wordt zichtbaar in je daden, niet in je oordelen.

Coda

De zucht naar macht en aanzien zit diep in ons geworteld. Het is diepmenselijk, maar verheffend werkt het niet. Het steunt op illusies van vergankelijke aard. Een leuk fragment uit ‘Le gendarme et les gendarmettes’ (1982) vertelt hoe rijkswachter Cruchot (Louis de Funès) ontdekt dat zijn adjudant Gerber (Michel Galabru) een liefdesbrief heeft gestuurd naar een vrouwelijke stagiaire. In ruil voor zijn stilzwijgen eist moraalridder Cruchot een dagelijks lofdicht van zijn meerdere Gerber, waarin Cruchots grootheid wordt geprezen. Zijn zucht naar macht en aanzien neemt riante proporties aan. Omwille van zijn moreel gezag wordt hij in de rangen van de hiërarchie de hoogte in geprezen, steeds verder weg van de realiteit.

  • Klik hier voor het filmfragment. (Wanneer de link niet werkt: klik hier voor een alternatief zonder ondertitels.)

Humor heeft altijd een realistisch randje. Misschien lachen we vaker met onze eigen zwakheden dan we durven toe te geven.